Granen uit het Pajottenland.
Onze achtertuin als de bron voor onze lambik.
06 mrt, 2023
5 min leestijd

Lambik en geuze hebben mee de identiteit van onze streek gevormd. De lambikregio telde immers ooit meer dan 90 lambikbrouwers en 250 geuzestekers. En daar hoorden toenertijd ook traditionele oud-Brabantse graansoorten bij. Maar die zijn vandaag al minder simpel te vinden, want die originele landrassen zijn na de Tweede Wereldoorlog helemaal weggemaaid door de industriële landbouw. Om ze weer te doen herleven, sloegen we samen met een tiental boeren de handen in mekaar.

Het was haast terloops dat Armand Debelder in de zomer van 2017 eens vloekte en met zijn hand op tafel sloeg. “We moeten onze brouwgranen terug in onzen hof gaan zoeken! De Kleine Rosse van Brabant — dát is de tarwe die we vandoen hebben.” Daarom startte Brouwerij 3 Fonteinen in 2018 de zoektocht naar lokale tarwe en gerst, gedreven door de koppige lijn van Gaston en Armand Debelder. Het duurde niet lang voor we bij boer Tijs uitkwamen. Tijs Boelens was al lang gebeten door oude landrassen en teelde verschillende soorten tarwe op zijn velden in Pepingen. Hij was toen al aan de praat geraakt met Lucas Van den Abeele, die als student agro-ecologie al bezig was een boerennetwerk in het Pajottenland uit te bouwen. Intussen werkt Lucas voltijds bij Brouwerij 3 Fonteinen en coördineert hij het Granennetwerk. Lucas werkt nu voltijds voor Brouwerij 3 Fonteinen en coördineert hij het hele netwerk.

Wat het Granennetwerk allemaal doet.

De boeren telen samen zo’n 40 hectare tarwe en gerst tegen een eerlijke en onderling afgesproken prijs. Wij pakken de organisatie op ons van het kuisen, de opslag en het vermouten van alle graan.

En daar blijft het niet bij. Het Granennetwerk is immers meer dan de loutere klassieke vorm van ‘telen en verkopen’. Samen:

  • onderzoeken we meer dan 25 oude gerstsoorten en 50 originele tarwelandrassen en we vermeerderen die. Ze zijn specifiek bedoeld voor het brouwen van lambikbieren en afkomstig uit onze contreien.
  • werken we op het veld én in de brouwerij, zodat we de technieken en leerpunten op het land kunnen afstemmen met de dynamiek in de brouwketel (en vice-versa).
  • leren we van elkaar. Boeren bezoeken mekaars velden en lenen onderling aangepaste machines uit om te wieden of oogsten. Brouwers bezoeken de boeren. Boeren proeven de bieren. En zo worden we samen sterker.
  • stemmen we onderling af welke boer welk ras teelt op welk stukje land.
  • zoeken we naar een stabiele samenwerking, op lange termijn en met een evenwichtige spreiding van de risico’s. Zo betalen we op het moment van inzaaien, per hectare, en op het moment van oogsten, per ton. In het geval van een slecht jaar, is de boer verzekerd van een inkomen.
  • zijn we gedreven door dezelfde duurzame visie, een wederzijdse waardering voor elkanders ambacht en een absolute focus op kwaliteit.
  • doorbreken we de monoculturen op het veld en verbreden de geteelde biodiversiteit, met als gevolg een cadans aangepast aan de natuur, voor land, voor lambik en voor smaak.
  • kijken we nu al hoe we met agro-forestry het landbouwlandschap kunnen afwisselen met onder andere Schaarbeekse Kriekelaars, oude kwets- en pruimensoorten en rabarber.

Het einddoel is om een selectie van graanrassen te vinden die aangepast zijn aan:

  • Het Brabantse klimaat en de leemrijke bodem.
  • De agro-ecologische en biologische teelt- en productiemethoden met de uiterste zorg voor de bodem, de biodiversiteit, de teelttechnieken en de boerenstiel.
  • De specifieke behoeften van de afnemers — denk aan mouterijen en brouwerijen, molenaars en bakkers.

Het is onze overtuiging dat een boer moet kunnen leven van zijn ambacht. Boeren in het Granennetwerk krijgen daarom een prijs die hen een toekomst biedt. Het is een andere manier van economisch denken: begin met kwaliteit aan een eerlijke prijs in plaats van door te drammen op de laagst mogelijke kost. Het Granennetwerk hoopt er nog meer boeren, brouwers en bakkers mee te inspireren, om van dit model een nieuwe standaard te maken.

Brouwerij 3 Fonteinen betaalt nu meer dan het driedubbel van de gangbare industrieprijzen voor tarwe en gerst, en rechtstreeks aan de boeren. De brouwerij nam ook de investering op zich in een granenkuiser en graansilo’s.

Op termijn moet de Brabantse landbouw weer sterk en veerkrachtig worden. De zoektocht naar nieuwe aangepaste rassen maakt de oogsten trouwens beter bestand tegen de gevolgen van de klimaatopwarming. En nee, het is nooit makkelijk om op te boksen tegen de grote commerciële spelers, maar een eerlijke prijs doet veel. Ook de consument begint dat, meer dan ooit, terug te beseffen. Het Granennetwerk blijft actief de kennisuitwisseling ondersteunen om zoveel mogelijk boeren mee op de kar te krijgen, en brouwers, en andere betrokken makers.

Het eerste bier.

Het graan, dat groeit. En de lambik, die rijpt.

Intussen liggen de – sinds februari 2021 biologisch gecertificeerde – lokale lambikbrouwsels stillekes te rijpen op vat, en rond 2024 zal de eerste échte erfgoedgeuze daarmee gestoken kunnen worden. Dat vraagt nu eenmaal zijn tijd.

In tussentijd komen we al eens naar buiten met een sneller bier, gebrouwen door bevriende brouwerijen, maar steeds op basis van diezelfde granen. De koepelnaam voor deze bieren is ‘Terf’. Terf, dat is Brabants voor tarwe. En ze werden al gebrouwen door Brasserie De La Senne en Brasserie De La Mule.